Lesser Kiskadee (Pitangus lictor) |
Foto's (klik er op om te vergroten) | ||
---|---|---|
© Erik Toorman | © Erik Toorman | © Foek Chin Joe |
© Foek Chin Joe | © Jan Hein Ribot | © Roy Tjin |
© Dominiek Plouvier |
De Swampugrikibi is duidelijk kleiner dan de gewone Grikibi die je in de stad voortdurend hoort en ziet. Hij leeft, zoals zijn naam al zegt vooral op wat nattere plekken, vooral zwampen. Hij is herkenbaar aan het geluid, dat niet lijkt op "grikibi" en aan de dunne snavel vergeleken met de gewone Grikibi. In de opname die Otte Ottema maakte in een zwamp bij Palumeu in Suriname, hoor je het "grietjebie" geluid van de gewone grietjebie en een schorre roep van de kleine grietjebie. De eerste foto's zijn gemaakt door Erik Toorman op het terrein van de Adek universiteit aan de rand van Paramaribo in juli 2007 en de tweede in 2009. Dan foto's van een nest van de kleine grietjebie, die zijn gemaakt langs de Coropina kreek, net boven het water in Suriname (Foek Chin Joe, april 2009). Jan Hein Ribot and Roy Tjin schoten hun plaatjes beiden ten oosten van het Pad van Wanica, in 2015 en 2016. Dominiek Plouvier maakte de video. |
Vogelgeluiden (klik er op om te luisteren) | ||
---|---|---|
Geluidsopname van een Kleine kiskadie, Swampu grikibi © Otte Ottema, bird guide |
Video (klik op de link of op de 'play'-knop om te kijken) | ||
---|---|---|
Video opname van een Kleine kiskadie, Swampu grikibi © ; |
|
|
Verdeling van waarnemingen over het jaar | Waarnemingen van broeden over het jaar |
---|---|
The 375 reported observations of this bird in Suriname, mainly for the last 50 years up to 2018, have been grouped by month. More birds on one day are counted as one observation. Of course, if the graph should depict the total number of birds seen, the differences between the months could be much more pronounced. | The 43 reported breeding observations of this bird in Suriname. Most observations are about nest with eggs, some about fledglings, or feeding at a nest or the building of a nest. Of the about 5000 nests and eggs found for all species together, about 1/3 comes from the egg collection of Penard between 1896 and 1905. For some reason most collecting then was done in the first half of each year, so the shown distribution does not necessarily reflect the actual breeding preferences. The main dry season in Suriname is reckoned to be from half August to the end of November, the main wet season from half April to half August, but the the timing of begin and end does vary from year to year. Around March a second dry season often occurs. |